Nationaal Media Paspoort: de wetenschappelijke onderbouwing
Het Nationaal Media Paspoort is een initiatief van de Nationale Academie voor Media en Maatschappij. Het materiaal is ontwikkeld in een nauwe samenwerking met Radboud Universiteit Nijmegen, in het bijzonder met Dr. Esther Rozendaal, universitair docent Persuasieve Communicatie. Haar onderzoek richt zich op de media- en reclameverwerking van jongeren in het algemeen en de media/reclamewijs- en weerbaarheid van kinderen in het bijzonder. Ze ontving verscheidene prijzen voor haar werk, onder andere van de International Communication Association (ICA), de Netherlands School of Communication Research (NeSCoR), en de International Journal of Advertising.
Raad voor Cultuur: mediawijsheid 2005
In juli 2005 heeft de Raad voor Cultuur een advies geschreven met de titel ‘Mediawijsheid, op weg naar nieuw burgerschap’, waarin zij het belang van medialessen voor basisscholen onderstreept. Media spelen namelijk een steeds grotere rol in het leven van onze jeugd, met name via mobiele telefoons, maar ook de invloed van andere media, zoals de televisie, internet en sociale media neemt nog steeds toe. Nu het belang en de afhankelijkheid van media groter worden en het toezicht wegvalt door de toegenomen mobiliteit, wordt het steeds belangrijker om kinderen te ‘empoweren’ in hun gebruik van de media. Het Nationaal Media Paspoort is gebaseerd op de laatste wetenschappelijke kwaliteiten over hoe we kinderen niet alleen mediawijs kunnen maken, maar ook de krachtiger kunnen maken in hun gebruik van de media. Samen met de Universiteit Amsterdam en later met Universiteit Nijmegen hebben wij hier in de afgelopen jaren voortdurend onderzoek naar gedaan. De 6 belangrijkste uitkomsten van deze onderzoeken zijn verwerkt in dit nieuwe programma.
Weten, voelen, willen en doen: van mediawijsheid naar media-empowerment
Zo biedt het programma niet alleen mediakennis (A. cognitief) maar ook oefeningen om te leren voelen (B. intuïtief) wat media proberen te bereiken of met je doen. We helpen hen een zogenaamd media-instinct te ontwikkelen. Daarna leert het programma kinderen om zelf na te denken over waarom het goed zou zijn om slim naar media en hun eigen mediagedrag te kijken (C. intrinsieke motivatie). De redenen die zij zelf bedenken laten wij hen met andere leeftijdgenoten delen met als effect dat de redenen sterker worden bij het kind zelf (D. zelfovertuiging).
Als laatste stap laten wij de kinderen uitspreken wat zij zelf kunnen doen om weerbaar en kritisch te zijn (E. strategie of intentie). Het is van belang dat zij deze intentie meerdere keren herhalen, zodat zij de intentie ook daadwerkelijk uitvoeren wanneer zij online zijn (F. implementatie).
Het Paspoort als guideline voor de leerlingen
De Motivaties (Waarom is het voor jou belangrijk?) en Strategieën (Hoe kun jij zorgen dat jij?) die kinderen bedenken om bewuster met media om te gaan worden door hen in de paspoorten geschreven. Op deze manier wordt het paspoort een soort ‘guideline’ voor hun mediagebruik, dat zij bij zich kunnen houden.
De volgende kernkwaliteiten staan bij de lessen centraal:
K (weten, kennis) (Cognitieve aspecten) (Ik weet)
E (voelen, emotie) (Emotionele specten) (Ik voel)
M (willen, motivatie) (Zelfovertuiging en intentie) (Ik wil)
S (doen, strategie) (Intentie implementatie) (Ik doe)
Wetenschappelijke monitor en wetenschappelijke raad
Tijdens de lessen wordt er een wetenschappelijke Monitor gebruikt ter toetsing van de wetenschappelijke kwaliteiten en de effectiviteit van het lesmateriaal. Iedere school die deelneemt aan het Nationaal Media Paspoort neemt deel aan deze Monitor.
Lees: Media-empowerment: Een gedragsverandering benadering van media-educatie. Door: Dr. Esther Rozendaal, Universitair hoofddocent Communicatiewetenschap Radboud Universiteit Nijmegen.